Ik voel me geliefd. De hele dag wordt ik gevolgd door 6 amberkleurige ogen. Strategisch liggen 3 honden steeds aan mijn voeten en een wandelingetje in de tuin maak ik nooit alleen….
Zo zou mijn verhaaltje van vandaag begonnen kunnen zijn maar de dag-invulling besliste anders.
Uit Nieuw Zeeland waren mijn nicht José en haar man Adrian overgekomen. Na 2 weken London, deden ze ook Limburg aan voor een paar dagen, alvorens ze doorreizen naar Parijs en zuiden Frankrijk. Er moest een beetje geïmproviseerd worden, en ach…..ik ken de familieverhalen en plekjes, weet waar iedereen gewoond heeft en begraven ligt, en kan weer eens schaven aan mijn Engels.
Adrian is een autofan en had af en toe wat foto’s van “auwt iezer” gezien, en was razend benieuwd naar de bouwsels van de zonen van ome Ben, mijn vader.
We trokken naar Posterholt naar broer Joep die tijd voor ons vrij maakte. Onderweg reed ik langs het huis waar de moeder van José was geboren en opgegroeid en bezochten het graf van opa en oma Linssen. Het sterven van hen heeft mijn tante in haar eentje in het verre Nieuw Zeeland moeten verwerken.
In Posterholt aangekomen schoven we het eerste stuk vlaai naar binnen en bekeken de oldtimers en fantasieauto’s van garage Bustin.
Op de terugweg slingerde ik over B-wegen en probeerde uit te leggen wat Halve-boeren zijn en wat dit voor zo’n Halve –gezin betekende. Persoonlijk denk ik dat Nieuw Zeeland één van de mooiste landen is maar het Limburgse frisse mei groen, afwisselend zonneschijn en regen kon even tippen aan de schoonheid van New Sealand!
Thuis aangekomen stond de tweede vlaai al klaar en ook in Nieuw Zeeland kennen ze inmiddels de betekenis van “pak dig nog ’n stuk vlaai”.